Van nature heeft een hond de behoefte om te kauwen. Wolven kluiven en knagen op botten, een huishond doet dit (meestal) niet meer. Maar toch vinden ze het heerlijk om lekker te kunnen kauwen. Kauwen werkt rustgevend en ontspannend voor een hond. Het is dus niet verkeerd zo nu en dan eens kauwmateriaal aan te bieden.

Soorten kauwsnacks

Kauwsnacks zijn in vele soorten en maten verkrijgbaar. Iedere dierenwinkel ligt er mee vol. Groot, klein, hard, zacht, vlees, vegetarisch. Het is allemaal verkrijgbaar. Grofweg kun je kauwsnacks in een paar categorieën verdelen: dentalsticks, natuurlijk kauwmateriaal, kauwwortels en overig kauwmateriaal. Dentalsticks zijn de welbekende kauwstaven die van verschillende, bekende en onbekende merken verkrijgbaar zijn. Onder natuurlijke kauwsnacks vallen snacks die gemaakt zijn van gedroogde stukken vlees, zoals bijvoorbeeld gedroogde (runder)huid, (konijnen)oren of gedroogd orgaanvlees zoals long, hart of pens. Kauwwortels zijn plantaardig van bijvoorbeeld de koffieboom of olijfhout. Overig kauwmateriaal zijn bijvoorbeeld vegetarische kauwstaven of rawhide kauwkluiven (de bekende witte of bruinachtige kluiven, bijvoorbeeld in bot-, donut-, of vlechtvorm, soms met filet erin verwerkt)

Welke snack kies je

Welke snack je kiest is natuurlijk afhankelijk van jouw hond. Tussen de verschillende soorten kauwsnacks zit natuurlijk wel kwaliteitsverschil. We adviseren te kiezen voor een natuurlijke kauwsnack, zoals bijvoorbeeld gedroogde oren. Waarom? Omdat dit snacks zijn waarvan de ingrediënten duidelijk zijn en ze niet bomvol (onnodige) koolhydraten en calorieën zitten. Bij natuurlijke snacks is er daarnaast heel veel keuze. Voor elke hond is er wel iets geschikts te vinden. Er zijn verschillende gradaties in hardheden, verschillende formaten én verschillende gebruikte vleessoorten. Een voordeel van deze snacks is dat ze bijna altijd uit één vleessoort bestaan, zonder andere ingrediënten. Hierdoor kun je, wanneer je een allergische of intolerante hond hebt, heel gemakkelijk een snack uitzoeken die geschikt is voor jouw hond. Kauwwortels zijn daarnaast ook een geschikt alternatief, mits het juiste hout gebruikt wordt. Een kauwwortel is ook niet vergelijkbaar met een tak uit het bos. Kauwwortels worden gemaakt van houtsoorten die niet splinteren (ze kunnen wel kruimelen) en die niet te hard zijn voor het gebit. Overige kauwsnacks kunnen heel divers zijn, van vegetarische staven (de welbekende ‘tandenborsteltjes’ of dierenvormpjes in vele dierenwinkels) tot rawhide snacks. Of deze geschikt zijn hangt sterk af van de samenstelling. We raden het geven van rawhide altijd af. Dit lijkt gemaakt van slechts runderhuid, maar dit is sterk, chemisch bewerkt en niet gezond om te geven. Er zijn slechts een paar merken in Nederland die rawhide produceren zonder dat dit chemisch bewerkt wordt. Verreweg het meeste wat in de Nederlandse winkels te vinden is wordt uit China en vergelijkbare landen gehaald en is in onze ogen niet geschikt.

Kies een formaat snack wat bij jouw hond past, liever iets te groot dan iets te klein. Dat klinkt misschien onlogisch, want we willen niet dat de hond teveel snackt. Maar een te kleine kauwsnack kan een hond zich makkelijker in verslikken. Een kauwsnack hoort dusdanig groot te zijn dat de hond het niet in één keer door kan slikken. Wanneer een hond erg gulzig is raden we ook altijd aan het laatste, kleine stukje van de kauwsnack af te nemen. Wanneer je het afneemt kun je het beste ruilen met een kleine, zachtere beloning zoals een trainer of een brokje, zodat het niet voelt als afpakken voor de hond. Door het gewoon af te pakken kunnen ze namelijk leren dat ze héél snel het laatste stukje door moeten slikken zodra je erbij in de buurt komt. Sommige honden kunnen zonder problemen de kauwsnack helemaal opeten. Hou altijd het kauwgedrag van jouw hond in de gaten en zorg dat je nooit kauwsnacks zonder toezicht geeft (en ja, dat geld voor alle soorten kauwsnacks!).

Let ook op de hardheid van een kauwsnack. Simpelweg kun je stellen dat wanneer je dezelfde delen van een dier vergelijkt, het kleinste dier de zachtste snack oplevert. Als voorbeeld konijnen- en runderhuid. Konijnenhuid is dunner (kleiner dier) en dus minder hard dan runderhuid. Runderhuid is dan weer minder hard dan kamelenhuid, etc.
Je kunt niet simpel stellen dat een runderkauwsnack altijd harder is dan bijvoorbeeld een snack van een kleiner dier, het ligt namelijk ook aan het gebruikte stukje van het dier. Long is bijvoorbeeld heel poreus, er zit van nature veel lucht in. Dit is dan ook een veel zachtere snack dan bijvoorbeeld een een oor met kraakbeen erin. Een stuk runderlong is dus zacht. Vergelijk je dat met een snack van een kleiner dier, maar van een ‘harder’ deel van het dier, kan het dus zijn dat de snack van het kleinere dier harder is (geitenoren zullen harder zijn dan runderlong bijvoorbeeld).

Gebitsverzorging

Kauwen helpt het gebit te verzorgen. Door de wrijvende beweging over de tanden worden deze namelijk gepoetst. Let wel op, dit werkt alleen indien de hond ook daadwerkelijk met alle tanden kauwt. Een snack die in een paar hapjes op heeft zal niet veel doen. Wil je een kauwsnack inzetten voor de gebitsverzorging? Dat is mogelijk! Kies bij voorkeur een natuurlijke snack. Waarom? Omdat veel ‘bewerkte’ snacks veel koolhydraten/zetmeel bevatten. Zetmeel blijft gemakkelijk aan het gebit plakken waardoor er juist makkelijk plaque ontstaat.
Houd er rekening mee dat kauwen niet altijd voldoende is. De mate waarin een gebit vies wordt is voor een groot gedeelte ook genetisch bepaald. Bij sommige honden is het simpelweg niet voldoende om kauwmateriaal aan te bieden. Je kunt de verzorging dan aanvullen door de tanden ook te gaan poetsen, supplementen zoals zeewier te gebruiken (dit maakt de plaque zachter en dus beter te verwijderen) en aanslag zoveel mogelijk te voorkomen (door het vermijden van plaque-veroorzakende ingrediënten in voer en snacks). Soms is een combinatie van verschillende maatregelen nodig. Is het gebit al heel vies wanneer je begint? Dan is meestal eerst een professionele reiniging nodig. Soms komt het voor dat een hond ondanks alle gebitsverzorging toch met regelmaat een gebitsreiniging nodig heeft, dit is helaas niet altijd te voorkomen.

Kies wanneer je kauwsnacks kiest voor het gebit bij voorkeur dus natuurlijke snacks. Kies een snack die niet te snel op is, maar ook niet te hard is (een iets zachtere snack ‘borstelt’ de tanden beter). Geef met regelmaat een kauwsnack en geef regelmatig eens iets een snack met vacht, dat poetst de tanden namelijk nog beter.

Hoe vaak geef je een kauwsnack?

Een kauwsnack is wat het woord al zegt: een snack. Het is dus geen voeding. Geef niet te veel snacks, omdat teveel snacks de voeding uit balans halen. Je mag best af en toe een kauwsnack geven (bijvoorbeeld een aantal keer per week), maar kies bij voorkeur een snack die niet te groot is (en niet te klein in verband met verslikkingsgevaar), geef het niet te vaak en kies een snack die verantwoord is en niet te veel calorieën bevat.

Kauwsnacks en allergieën

Het vinden van een geschikte kauwsnack kan moeilijk zijn wanneer je een hond met veel (voedsel)allergieën of intoleranties hebt. Het is belangrijk om te weten waar jouw hond allergisch op reageert. Daarnaast kan het voorkomen dat de overgevoelige reacties niet altijd op dezelfde ingrediënten ontstaan.

Wanneer je een allergische hond hebt is het erg belangrijk om snacks te kiezen waarvan de ingrediëntenlijst is uitgesplitst. Op deze manier kun je producten met ingrediënten waar jouw hond niet tegen kan namelijk overslaan. Niet elke fabrikant is duidelijk wat ze gebruiken. Ze gebruiken dan termen als ‘vlees en dierlijke bijproducten’ in plaats van bijvoorbeeld ‘40% kip en 5% eend’.
Sommige fabrikanten gebruiken wel de term ‘vlees en dierlijke bijproducten’ (dit is namelijk de wettelijke term voor vlees en restproducten zoals orgaanvlees, daar is niets mis mee!) zonder het vlees te verstoppen, omdat ze de vermelding maken dat het bijvoorbeeld om 100% eend gaat. In dat laatste geval kun je het product wel veilig gebruiken bij honden met allergieën.

Vermijd dus de ingrediënten waar jouw hond niet tegen kan. Bij natuurlijke kauwsnacks gaat dat heel makkelijk, bijna altijd zijn deze van 100% één diersoort gemaakt. Kan jouw hond niet tegen kip? Dan kies je bijvoorbeeld eendenpootjes in plaats van kippenpootjes.
De meest voorkomende allergieën zijn o.a. kip, rund, lam, ei en soja. Weet je niet waar jouw hond allergisch voor is? Het is belangrijk dit te proberen te achterhalen. Als dat nog niet gelukt is kan het verstandig zijn de meest voorkomende allergenen alvast (tijdelijk) te vermijden tot er meer duidelijkheid is.

En welke snacks gebruik je niet?

Er zijn verschillende snacks die we afraden. Allereerst raden we het gebruik van overbewerkte kauwstaven af, de samenstelling hiervan laat meestal te wensen over. Ze zijn geproduceerd als snack en zitten meestal bomvol granen en calorieën.

Ook bepaalde natuurlijke snacks raden we af om te gebruiken, en dan hebben we het met name over te harde kauwsnacks. Bijvoorbeeld geweien en horens zijn vaak een geliefde snack. Echter zijn deze zo hard dat de tanden van een hond hierdoor kunnen slijten en zelfs afbreken. Dat is natuurlijk erg pijnlijk!  Des te kleiner een hond is, des te minder sterk het gebit meestal is. Bij erg kleine hondjes raden we aan voorzichtiger te zijn met het uitzoeken van een kauwsnack wat betreft de hardheid.

Hoefjes (gevuld of niet gevuld) raden we ook niet aan. Dit omdat dit geregeld niet goed verteerd wordt en in sommige gevallen in best forse stukken wordt doorgeslikt.

Rawhide, de bekende witte of bruinachtige kluiven in vele vormen waar dierenwinkels mee volhangen, raden we niet aan. Dit omdat ze slecht verteerbaar zijn en meestal uit Azië komen waar ze met veel chemicaliën geproduceerd worden. Er zijn maar een paar merken welke wel op een verantwoorde manier produceren.

Dit laatste is wellicht onverwacht, maar we raden ook het gebruik van botten af, zowel rauw als gekookt. Rauwe botten zijn in principe prima voor een hond om te eten, sterker nog, ze zijn een belangrijk onderdeel van het dieet als je jouw hond volgens het BARF principe voert. En dat is in dat geval ook helemaal prima! Maar voor een hond die enkel brokvoedingen of blik gewend is, is het niet ideaal. Bot verteren is best ingewikkeld en als een hond het niet gewend is verloopt het niet altijd goed. Ook bevat het veel calcium, dit zou al voldoende in de brokken/kvv/blikvoeding moeten zitten. Te veel calcium kan problemen veroorzaken. Je kunt daarom het beste geen rauw bot als kauwsnack gebruiken voor een hond, tenzij het onderdeel is van het dieet en de hond dit gewend is.
Verhitte/gedroogde botten raden we nooit aan als kauwsnack. Denk hierbij aan kippenbotjes die je over hebt van jouw eigen maaltijd of de gedroogde botten uit de dierenwinkel. Verhit bot wordt scherp en onverteerbaar en het is hierdoor een levensgevaarlijke snack. Het kan verstoppingen of beschadigingen aan de ingewanden veroorzaken. Daarnaast geld dezelfde probleem als bij het rauwe bot: het bevat ook veel calcium wat de voeding uit balans trekt. De bekende en overal verkrijgbare (gevulde) mergpijpjes nemen daarnaast nog extra risico met zich mee: dit kan om de onderkaak van jouw hond vast komen te zitten! Daarnaast zijn alle dragende botten (botten waarop het gewicht van het dier rust, zoals botten uit de poot) te hard voor een hond. De meeste gedroogde botten in de winkel zijn dragende botten.
Kortom: botten enkel indien ze deel uitmaken van een BARF dieet of vergelijkbaar, enkel rauw en enkel botten die niet dragend zijn!

Kortom…

  • Kauwsnacks zijn een gezonde snack. Kauwen werkt ontspannend en is goed voor het gebit.
  • Kies voor een natuurlijke kauwsnack passend bij jouw hond wat betreft het formaat en de hardheid.
  • Wissel bij voorkeur verschillende soorten af én geef niet te veel!
  • Geef géén ongeschikte snacks, al zijn ze bij een dierenwinkel verkrijgbaar